Ketenzorg: goede patiëntenzorg dicht bij huis

Als gevolg van de vergrijzing neemt de druk op de zorg toe. Om toegankelijke en betaalbare goede zorg te kunnen blijven leveren zijn er in het integraal zorgakkoord afspraken gemaakt om de patiënt zo dicht mogelijk bij huis te behandelen. Voor complexe wondzorg kunnen patiënten onder begeleiding van een ziekenhuis thuis behandeld worden. De thuiszorg krijgt dan meer regie. In dit artikel praten Dionne Clein en Elise van den Helder hoe deze ‘ketenzorg’ ingericht is rondom een innovatie in wondzorg: PLASOMA koud plasma therapie.

Dionne Clein is Verpleegkundig Specialist op de Wond- en Vaatpoli van het St. Antonius ziekenhuis, foto links. Elise van den Helder is Verpleegkundig Specialist wond bij ZorgBrug, zowel in het ziekenhuis als thuis, foto rechts.

Elise: “Het is belangrijk om eerst de oorzaak van het probleem vast te stellen. Als een wond na 3 weken basiszorg geen genezingstendens laat zien wordt er volgens de richtlijn een team voor gespecialiseerde wondzorg ingeroepen.“

Dionne: “Het is voor patiënten heel belastend om wekelijks voor wondzorg naar het ziekenhuis te moeten. Vervoer kan een (financiële) belasting zijn en kost vaak veel tijd. Er is ook wachttijd in het ziekenhuis. Dus liever verplaatsen we de zorg naar de thuissituatie. Mensen zijn meer therapietrouw als het minder inspannend is. Sociaal gezien is het ook gemakkelijker voor patiënten als ze thuis behandeld worden. Voor ons als ziekenhuis is het belangrijk dat er meer regie naar de thuiszorg kan. Hiermee wordt de werkdruk op de wondpoli verlaagd. Er ontstaat dan meer ruimte voor het vergroten van het aantal patiënten of complexere zorg.“

“St. Antonius ziekenhuis zet zich in om innovaties in de praktijk toegepast te krijgen. We testen regelmatig uit of innovaties werken. Daarom doen we mee aan een klinische studie met PLASOMA. De klinische studie en de samenwerking met Elise van ZorgBrug past mooi in onze doelstelling om meer zorg naar de patiënten thuis te verplaatsen. Elise neemt de wekelijkse behandeling over – thuis bij de patiënt. Wij blijven patiënten wel af en toe zien in het ziekenhuis, bijvoorbeeld maandelijks. Dat is op zich goed, dan hou je feeling met hoe het verloop van de wond is.“

Elise: “We hoorden goede verhalen over PLASOMA en wilden deze innovatie graag uittesten. In de markt constateer ik dat er steeds meer met koud plasma gewerkt wordt. Dat is voor mij een signaal dat deze nieuwe techniek waarschijnlijk zinnig is. Patiënten met wonden die niet goed sluiten zijn vaak fragiel en hebben extra aandoeningen (comorbiditeiten) die ervoor zorgen dat de wond niet geneest. Als mensen bijvoorbeeld COPD hebben moet je ergens gaan zorgen dat er wel zuurstof bij de wond komt. Er zijn maar weinig mogelijkheden om dit te bewerkstellingen, ik denk dat PLASOMA er zeker 1 is. Je ziet door gebruik van PLASOMA koud plasma echt een vitaler wondbed dat beter doorbloed is. Je geeft de wond een soort boost, een zet de goede kant op. Dat is natuurlijk 1 van de mooie dingen die PLASOMA bewerkstelligt. Wat dat betreft is het een alternatief voor hyperbare zuurstof, voor casussen waar je niet mee verder komt. Hyperbare zuurstof is nu een eindstation en voor sommige patiënten een flinke belasting, zowel lichamelijk als geestelijk en daardoor niet altijd haalbaar. Het is goed om een nieuwe innovatie te hebben. Helemaal als je dit in een thuissituatie aan kunt bieden. Daar gaan we voor, de beste zorg leveren op de beste plaats.“

“Onze kracht is om patiënten thuis of op anderhalvelijns wondpoli’s te helpen, zodat de totale druk op de zorg / in ziekenhuizen afneemt. PLASOMA behandeling kost niet veel extra tijd voor de thuiszorg, het kost echt maar 2-3 minuten. Het is heel simpel om uit te voeren. Daarnaast zie ik PLASOMA goed toepasbaar op de 1,5-lijns poli’s waarbij patiënten naar ons toekomen in dependances binnen gezondheidscentra bij hen in de buurt. De koud plasma behandeling kan gegeven worden naast allerlei andere wondbehandelingen. Dat vind ik een voordeel. De behandeling wordt door patiënten als gemakkelijk en prettig ervaren.”

Dionne: “Er was een patiënt waarbij de wond binnen vier tot vijf PLASOMA behandelingen dicht was en ook dicht is gebleven. Het ging om een terugkerende wond die voor de studie al drie maanden open was. De patiënt is bekend met diabetes en vaatgerelateerd lijden. De patiënt mocht niet steunen op zijn voet en kreeg wekelijks gips (offloaden). Daarom was de patiënt in beeld bij het ziekenhuis. Het is dan niet mogelijk om de zorg naar de thuissituatie te verplaatsen. We konden wel de gipskamer combineren met de wondpoli, zodat het de patiënt zo min mogelijk tijd kostte.“

“Ik ben benieuwd naar de ervaringen van de andere deelnemende partijen van de klinische studie. Als dit overwegend positief is gaan wij ons zeker hard maken om PLASOMA mee te gaan nemen in onze behandelingen. Ik hou nog even een slag om de arm. Vooralsnog zien we wel verschil in de wonden die we hebben behandeld. Soms kan het net dat zetje zijn wat wonden nodig hebben om dicht te gaan. Als we hierdoor een bepaalde groep chronische wonden een boost kunnen geven of genezen is dat zeker een meerwaarde. Ik vind het heel mooi als je het voor elkaar krijgt om een wond te genezen. Of als dat niet lukt, mensen comfortabel te maken met hun wond, dat die wond geen belemmering is om hun leven te leven.”

Dionne: “We werken met diverse zorgorganisaties samen om zorg van het ziekenhuis te verplaatsen naar de thuissituatie en willen dit soort samenwerkingen uitbreiden. We willen op een multidisciplinaire manier iets doen aan de samenwerking tussen zorgverleners en snel data delen. Elektronische patiëntendossiers worden op veel manieren ingericht. Het is vrij ingewikkeld om al deze verschillende manieren op een goede wijze bij elkaar te brengen. Inzage in medische gegevens voorkomt dubbel werk, draagt bij aan eerder signaleren en brengt kortere lijntjes. Dat vergroot de mogelijkheid tot samenwerking en uiteindelijk zal de patiëntzorg er ook door verbeteren. Bij ZorgBrug bijvoorbeeld kunnen we een inlog opvragen om mee te kijken, nadat toestemming van de patiënt is verkregen. Dat maakt een overdracht al gemakkelijker. Wat er eigenlijk moet gebeuren is een regionale samenwerking waarbij iedereen in elkaars dossier zou kunnen kijken. Daarom zijn we op regionaal gebied bezig om een informatiesysteem te maken wat overlappend is over alle zorgverleners heen.”

Bekijk resultaten van case studies met PLASOMA

terug naar overzicht

Dionne_Elise_web_2300x1700